De Basilica di S. Lorenzo fuori le mura

De zegswijze ‘In Rome zijn er meer kerken dan dagen in een jaar’ inspireert mij om in deze mini-reeks enkele kerken in de kijker te zetten die telkens het achtervoegsel ‘fuori le mura’ dragen. Ze liggen dus niet in het historische hart van de stad en zijn daarom vaak iets minder bekend bij het grote publiek, tenzij bij de echte pelgrim natuurlijk. Fuori le mura betekent letterlijk ‘buiten de muren’. Hiermee worden de stadsmuren van Rome bedoeld. Deze kerken werden vaak gebouwd boven op het (soms vermeende) graf van een christelijke martelaar en aangezien er geen doden binnen de stadsmuren begraven werden, vinden we deze buiten de muren terug.

Graag neem ik jullie vandaag mee naar de Basilica di San Lorenzo fuori le mura (Basiliek van Sint-Laurentius buiten de Muren), één van de zeven pelgrimskerken in Rome, gewijd aan Laurentius van Rome, één van de vroege christelijke martelaren. Net als de meeste andere martelaren stierf ook hij een vreselijke dood: in 258 zou hij geroosterd zijn als was hij een stuk gebraden vlees. Volgens de legende zou hij toen gezegd hebben: “Ik ben al gaar, keer mij om en eet me op.” Het rooster kan je trouwens gaan bekijken in de kerk San Lorenzo in Lucina (Via del Corso), de oven dan weer in de kerk San Lorenzo in Panisperna (Via Panisperna). De tempel van Antoninus en Faustina op het Forum Romanum waar hij vermoord werd, is ten tijde van de bloei van het christendom tevens naar hem vernoemd (San Lorenzo in Miranda).

Heel veel weten we niet over deze man. Hij zou de aartsdiaken geweest zijn van de toenmalige bisschop van Rome, Sixtus II. Hij verkocht op vraag van de bisschop de heilige goederen van de Kerk en verdeelde de opbrengst onder de armen. Toen de Romeinse keizer Valerianus om de schatten vroeg, bracht hij hem de armen en de kreupelen en noemde hen de “ware schatten” van de kerk. De keizer kon er niet om lachen en beval daarop zijn dood. Waarschijnlijk werd zijn collega-diaken geroosterd en werd de doodstraf van Laurentius uitgevoerd door onthoofding met het zwaard aangezien zijn hoofd als relikwie is bewaard, maar het verhaal van het roosteren is toch aan hem blijven kleven.

Laurentius werd in Spanje geboren en is naar de laurier genoemd. Dit is de boom van de overwinning: immer groen en oersterk. Hij is nu de derde patroonheilige van de stad Rome en zijn naamdag wordt jaarlijks gevierd op 10 augustus. Op die dag gaat er jaarlijks een levendige processie uit in de parochie van de kerk. Bekijk hier een filmpje over dit evenement. De kerk ligt niet meteen op de meest idyllische plek van de stad. Langsheen de drukke Via Tiburtina op de Piazzale del Verano net naast het grote kerkhof Campo Verano. Daardoor is dit één van de meest gebruikte kerken voor uitvaartplechtigheden in Rome.

Omdat het graf van Laurentius snel uitgroeide tot een populair bedevaartsoord liet keizer Constantijn er in 330 een kerk bouwen. Dit gebouw werd al in de 6de eeuw verbouwd door paus Pelagius II naast een Mariakerk uit de 5de eeuw. In 1216 werden beide gebouwen samengevoegd door paus Honorius III. De apsissen werden neergehaald en er werd één groot geheel gecreëerd maar het feit dat de kerk uit twee eerdere gebouwen bestaat is nog steeds goed af te lezen. De kerk is één van de vijf patriarchale basilieken die een pauselijk altaar hebben maar het is wel geen extraterritoriaal Vaticaans grondgebied. Daarom vind je hier geen Porta Sancta (Heilige deur).

In de portico (voorhal) zijn oude fresco’s uit 12de en 13de eeuw te zien met scènes uit het leven van Laurentius en Stefanus. We zien naast een aantal antieke vondsten ook een gedenksteen die herinnert aan het bezoek van paus Pius XII na zijn gecontesteerd bezoek aan de kerk toen deze bij het bombardement van 19 juli 1943 zwaar beschadigd werd. Op het pleintje recht tegenover de kerk staat een beetje verloren een massief beeld van deze paus. Een sarcofaag uit de de derde eeuw met huwelijkstaferelen deed dienst als graf voor kardinaal Guglielmo Fieschi (overleden in 1256), een neef van de illustere paus Innocentius IV (1243-1254). Let op het indrukwekkende, heidense bovenstuk met maskers op de hoeken. Het monument werd opnieuw samengesteld na 1943.

Het baldakijn is fraai versierd met cosmatenwerk. De 12de eeuwse cosmatenvloer van de kerk is trouwens origineel en werd na de bombardementen grondig gerestaureerd. In diezelfde stijl staat er ook nog een mooie paaskandelaar en een prachtige bisschopszetel. Dit cosmatenwerk alleen al is de moeite van een bezoek aan de kerk waard. Het priesterkoor met tien mooie Corintische zuilen behoorde tot de Pelagius’ kerk en ligt wat hoger, je ziet de oorspronkelijke zuilen slechts de helft boven de vloer uitsteken. Aan de binnenzijde van de koorboog zie je een 6de eeuwse mozaïek waarop Pelagius een maquette van zijn kerk vasthoudt.

In de crypte achterin de kerk bevindt zich het graf van paus Pius IX (1846-1879) de langst regerende paus ooit. De paus zelf wou liefst eenvoudig begraven worden maar door rijke schenkingen wereldwijd werd de grafkapel fraai versierd. In de mozaïekschildjes op de muren worden trouwens de steden genoemd die een bijdrage hebben geleverd, waaronder ook Belgische en Nederlandse steden. In de crypte wordt tevens een steen bewaard met bloedsporen van de heilige Laurentius. Daarnaast staat er een schrijn met daarin de relieken van Laurentius, Stefanus en Justinus. Onder de kerk bevinden zich de Catacomben van Ciriaca, ook de Catacomben van San Lorenzo genoemd. De ingang tot de catacomben bevindt zich in de kloostertuin achter de sacristie. Wel vijf onderaardse etages strekken zich uit tot ver onder het kerkhof Campo Verano.

Zoals eerder gezegd werd de kerk als één van de weinige historische gebouwen van Rome zwaar beschadigd door een bombardement van de geallieerden op 19 juli 1943, dit jaar dus precies 70 jaar geleden. De luchtaanval werd uitgevoerd op een nabijgelegen spoorwegdepot. Daarbij werden honderden huizen vernield, alsook de universiteit en een ziekenhuis. Het dak, de bovendelen van de muren en de portiek van de San Lorenzo werden zwaar beschadigd.

Bij de restauratiewerken die na de oorlog volgden gebruikte men oude elementen, en herstelde men alles in overeenstemming met de oorspronkelijke staat. Tijdens deze werken werd ook aan archeologisch onderzoek uitgevoerd. In 1949 werd de kerk heropend. De San Lorenzo is de enige Romeinse kerk die zware schade leed tijdens de Tweede Wereldoorlog. In de hal van de sacristie naar de kloostertuin kun je een uitgebreide en pakkende fotocollectie over de miserabele toestand van de kerk na het bombardement bekijken. Enkele Italiaanse kranten publiceerden een artikel over de herdenking. Zie deze link en ook hier en hier. De kerk was zodanig beschadigd dat ze voor een groot deel opnieuw moest worden opgebouwd. Nog steeds kun je een bijdrage schenken voor de eeuwig durende restauratie – en onderhoudskosten van de kerk.

In de 12de eeuwse kloostergang – die vrij te bezoeken is – staat een scherf van één van de bommen opgesteld als blijvende herinnering aan die zwarte dag in de geschiedenis van de stad Rome. Overigens werden de herstellingen aan de kerk voor een flink stuk gefinancierd door de Amerikanen die hun schuldbesef zo voor een stuk wilden terugkopen. Ze hadden immers beloofd om het historische Rome niet of zo weinig mogelijk te beschadigen. Het kloostertuintje werd lange tijd netjes verzorgd maar was bij mijn laatste bezoek een oase van onkruid. Geldproblemen of de tuinman ziek? Jammer.

Naast de kloostergang is in de 12de eeuw een robuuste klokkentoren opgetrokken. Samen met de karakteristieke portico met zuilen zorgt de toren voor een harmonieus en kenmerkend geheel zodat de kerk gemakkelijk op postkaartjes te herkennen is. Het complex wordt sinds 1855 verzorgd door een congregatie van kapucijner monniken en doet dagelijks dienst als gewone parochiekerk. Tijdens mijn laatste bezoek aan de kerk lagen er tussen de zuilen van de portico vergeelde zandzakjes die de kerk behoeden voor wateroverlast bij extreem regenweer. Samen met het wat verwaarloosd aandoende pleintje en parkje voor de kerk is dit niet meteen de gezelligste en hipste spot van de stad. Maar eenmaal binnen vergeet je dat meteen en sta je verwonderd over hoe indrukwekkend een oude basiliek kan zijn.

Sint-Laurentius is vandaag de dag bekend als patroon van de armen, van diakens en bedienend personeel, van wasvrouwen, strijksters en textielarbeiders, van traiteurs, herbergiers en hotelhouders; van bibliothecarissen en archivarissen; van mensen die met boeken te maken hebben zoals scholieren, studenten en informatici, van advocaten, rechtsgeleerden, schrijvers, klerken, administrateurs en boekhouders; van bierbrouwers en kroegbazen; van beroepen waar vuur een rol bij speelt zoals brandweerlieden, glazeniers en glasblazers, kolenbranders, koks en bakkers. Een hele lijst zoals blijkt. Daarnaast kun je zijn voorspraak vragen tegen huiduitslag, huidziekten, ischias, jeuk, kiespijn, koorts, pest, puisten, rugpijn, spit, voor de zielen in het vagevuur, tegen aardappelziekten en voor een voorspoedige wijnoogst.

Graag wil ik daarom eindigen met enkele schietgebedjes en weerspreuken die aan hem worden opgedragen:

Tegen brandwonden:

Heilige Laurentius wil ons geloven
dat gij alle pijn kunt doven?
laat u bidden deze wens door ons Heer te helpen?
de pijn door brand te stelpen.

Of nog:

Sint Laurentius van het Marialand?
is gekomen in ons Nederland?
gans gebledderd en gebrand?
wil dit aftekenen met uw gebenedijde hand?
dat het niet verder in en brandt.

(Weer)spreuken:

• Is ’t op Sint-Laurentius klaar, er zal veel fruit zijn in ’t jaar.
• Laurentius zonneschijn, beduidt een jaar vol wijn.
• Op Sint-Laurentius een regenvlaag, zes weken duurt de regenplaag.
• Die op tijd rapen wil eten, mag Sint-Laurentius niet vergeten

Deze basiliek om je tegen in de Romewandelingen “Giro delle sette chiese” en “Nomentano“.

Links: