Net het treinstation Roma Termini uitgewandeld en ik zie meteen twee ingangen van het vermaarde Museo Nazionale Romano binnen mijn gezichtsveld: recht voor me le terme di Diocleziano aan de overkant van het plein en links van me il Palazzo Massimo.



De andere twee sites, Palazzo Altemps en Crypta Balbi, bevinden zich in het hart van de oude stad. Zoals alle bezoekers die voor me uitlopen, meld ik me netjes bij een kiosk aan de ingang van de thermen.



Twee dames in uniform onderbreken hun drukke babbel en wijzen me met een brede glimlach de weg naar de kassa. Sempre dritto, signore! (altijd rechtdoor, meneer). Ongetwijfeld is een eenvoudige pijl naar de kassa vele malen goedkoper maar zeg nu zelf, een baantje bij de staat zoals het Ministero per i Beni e le Attività Culturali is immers de droom van vele Italianen, dus waarom geen professionle richtingaangever in een kiosk.



Aan de kassa lees ik dat het museum elke dag van 9 u. tot 19.45 u. geopend is behalve op maandag, kerstdag en nieuwjaar. Ideaal dus om hete zomermiddagen of herfstige regendagen door te brengen. Voor slechts 7 euro mag je gedurende drie opeenvolgende dagen de vier sites van het Museo Nazionale Romano bezoeken en dat is écht geen geld voor wat je allemaal te zien zal krijgen. Voor wie houdt van literatuur over Romeinse archeologie is de bookshop een echte grot van Aladdin. Je vindt er een aantal uitgaves die nergens anders te koop worden aangeboden. O.a. een zeer interessante reeks gidsjes over antieke bezienswaardigheden in Rome geproduceerd door het ministerie zelf (uitgeverij Electa).



Het Thermencomplex van Diocletianus was echt een énorm badhuis van wel 13 ha groot. Meteen ook het grootste in zijn soort en gebouwd vanaf 298 in opdracht van keizer Maximianus. Aangezien Maximianus de mindere was van medekeizer Diocletianus, werden de thermen naar deze laatste genoemd. De thermen boden plaats aan ongeveer 3.000 mensen die tegelijkertijd konden baden. Het deel dat je vandaag kunt bezoeken is slechts een fragment van de totale oppervlakte die de thermen hier ooit bestreken.




Ongetwijfeld weet je als Romefanaat al wel dat het spoorwegstation van Rome, Roma Termini, naar de thermen werd vernoemd en dus niks met “terminus” te maken heeft. Naast de baden telde het complex ook tal van andere gebouwen. O.a. Een gymnasium, een bibliotheek en expositieruimtes voor kunsttentoonstellingen. Toen de Goten de aquaducten die de thermen van water voorzagen saboteerden in 537, raakten de thermen snel in verval.




Wanneer ik de bookshop verlaat en het museum binnentreed aan de rechterkant, sta ik meteen in het prachtige Chiostro di Michelangelo. Rondom een groene binnentuin ontwierp Michelangelo een fraaie kloosteromgang, één van de grootste in Italië, die in verbinding staat met de kerk “Santa Maria degli Angeli e dei Martiri”. Deze vrij te bezoeken kerk werd gebouwd in de grote zaal van het frigidarium van het voormalige thermencomplex en geeft een goed beeld hoe de thermen er -wat monumentaalheid betreft – ooit moeten hebben uitgezien.




Om de kerk te bezoeken ga je wel terug naar de uitgang, loop je het hoekje om en neem je de ingang op de Piazza della Repubblica. Tip: neem de deur naar de sacristie. In deze gang bevindt zich een openbaar toilet, altijd handig om weten. Stap je hier de deur naar buiten, dan kom je terecht aan de achterkant van de kerk waar je nog andere fraaie delen van het thermencomplex kunt bewonderen.




De kloostertuin is echt een oase van rust. Ik kan bijna niet geloven dat ik me in het midden van een hectische drukke stad bevind. In de tuin en onder de arcades bevinden zich vierhonderd archeologische vondsten, vooral sarcofagen, sculpturen, altaren en beelden uit de keizertijd. Wanneer je de tuin verlaat, kijk dan even in de ogen van het fraaie portret van monaco Fercoldo. Dit schilderij van de vader van paus Clemens IV werd gemaakt door Filippo Balbi in 1855.



Het epigrafisch museum illustreert met wel duizend inscripties de sociale, politieke, administratieve, economische en religieuze aspecten van de Romeinse antieke beschaving in een verrassend modern en strak interieur over drie verdiepingen heen in het voormalige klooster. Het museum bewaart meer dan tienduizend vondsten waarvan er dus maar een tiende tentoongesteld worden. In een ander deel van het museum, nog steeds in het kloostergedeelte, bevindt zich het Museo Protostorico. Hier wordt de oudste geschiedenis van het oude Latium uit de doeken gedaan met een levendige expositie opgebouwd met vondsten o.a. uit recente opgravingen in en rond Rome.
Heel interessant allemaal maar toch snak ik na al die uren in het kloostercomplex doorgebracht te hebben naar het echte thermengebouw. Wanneer ik de grote aula decima binnenstap, sta ik meteen perplex. Dit bakstenen gebouw was één van de vele kamers rond de badruimtes zoals het caldarium, tepidarium en het frigidarium. De fascinerende hoogte van de gewelven geeft nog zeer goed de grandeur van het badcomplex weer.
In de muren bevinden zich tal van niches die bestemd waren om schitterende beelden en andere kunstige voorwerpen te exposeren. Met enige fantasie lukt het best om je een oude Romein te wanen die hier dagelijks kwam baden en andere stadsgenoten ontmoette. In deze ruimte kan je nu ook drie gereconstrueerde graftombes bezoeken: de Tomba dei Platorini, de Tomba dei Dipinti en de Tomba degli Stucchi. Uiteraard hebben de tombes niets met de oorspronkelijke bestemming van deze ruimte te maken.
Adres ingang: Viale Enrico De Nicola 79, Roma. Dit museum kom je tegen in de Romewandeling “Termini”.