Praktisch
Startpunt: bushalte Chiesa Nuova
Eindpunt: metro Termini
Afstand: 22 km
Beschrijving Romewandeling “Giro delle sette chiese”
Deze wandeling wordt al eeuwen door pelgrims afgestapt. Je treedt dus letterlijk in de voetsporen van vele duizenden die de zeven belangrijkste kerken in Rome in een pelgrimage aandoen. De giro (of cammino) bestaat al sinds 1300, ze werd ingericht met 4 kerken door paus Bonifatius VIII voor het Heilige jaar maar raakte daarna enkele eeuwen in de vergetelheid. Maar in feite is ze al veel ouder. De allereerste pelgrimstochten startten in de 3de eeuw naar het Heilig Land. Maar al snel volgde de tocht naar Rome om de graven van S. Pieter en S. Paulus te bezoeken.

Vanaf 1550 wordt de route met 7 kerken razend populair dankzij Filippo Neri. Bronnen uit die tijd spreken van meer dan 6000 pelgrims die tijdens de Goede Week de route in 2 dagen samen afwandelen. Ook vandaag wordt de route nog steeds gelopen onder leiding van de overste van de broeders Filippini. Onderweg wordt er gebeden en psalmen gezongen. Tegenwoordig wordt de volledige giro in één nacht afgelegd.

De route die men 500 jaar geleden aflegde, is hier zo nauwkeurig mogelijk gereconstrueerd op basis van verslagen uit die tijd. Het is opmerkelijk hoeveel zaken uit die tijd (kerken, pleinen, fonteinen, wegen, …) nog perfect herkenbaar zijn vandaag. Met wat verbeelding waan je je een pelgrim uit 1550.

Uiteraard liep menig pelgrim de route ook op een ander tijdstip dan de Goede week. Om te weten hoe hij moest lopen, welke kerken te bezoeken, hoe zich te gedragen en welke gebeden hij moest opzeggen, kon de pelgrim een gidsje kopen, de “Libri indulgentiarum”. Deze boekjes zijn de voorlopers van onze huidige toeristische gidsen.

We starten aan bushalte Chiesa Nuova op een boogscheut van Piazza Navona. Hier staat de S. Maria in Vallicella die we vandaag kennen als de Chiesa Nuova. De oorspronkelijke kerk dateert uit de 12de eeuw en werd aan Filippo Neri geschonken door paus Gregorius XIII omdat hij een broederschap had opgericht dat pelgrims verzorgde. De kerk werd later herbouwd en kreeg de naam “Chiesa Nuova” (nieuwe kerk). Het interieur is versierd met fresco’s van P. da Cortona. In de kerk kun je drie schilderijen van Rubens bewonderen (toegang gratis).

Naast de kerk vind je Palazzo dei Filippini met klooster en oratorio van de broeders Filippini. Het complex werd gebouwd door Borromini die de ontwerpwedstrijd won. De bakstenen gevel lijkt op een lichaam met open armen dat de pelgrims verwelkomt en omarmt. Het oratorio (nu Sala Borromini genoemd) doet vandaag dienst als locatie voor lezingen en conferenties. Op de eerste etage is de bibliotheek Vallicelliana gevestigd. De sierlijke klokkentoren is goed zichtbaar vanop een plein aan de achterkant.
In de 16de eeuw was deze kerk het verzamelpunt van de pelgrims die onder leiding van F. Neri naar Vaticaanstad trokken. Neem Corso V. Emanuele II, sla rechts af Via del Banco di S. Spirito en steek de rivier over langs Ponte Sant’Angelo. Sla links af en volg de oever.
De eerste dag stond een ziekenbezoek op het programma in het Complesso Monumentale di S. Spirito in Sassia. Dit is een complex van gebouwen met een ziekenhuis, een klooster, de Biblioteca Lancisiana, een museum van Sanitaire kunst (toegang betalend) en het Palazzo del Commendatore. Het complex werd gesticht in de 7de eeuw door de Saksen om zieke pelgrims te verzorgen. Onder de gebouwen zijn de resten van de villa van Agrippina (moeder van Caligula) gevonden.

Sla rechts af Via di Porta S. Spirito en wandel onder de gelijknamige stadspoort door tot aan de kerk S. Spirito in Sassia. De originele kerk gewijd aan Maria werd gebouwd door koning Ine di Sassia (Wessex) in de 12de eeuw maar later verwoest door de Barbaren.

Sla links af Via Borgo S. Spirito tot aan de basiliek S. Pietro in Vaticano (KERK NR. 1). Meer info in deze Romewandeling.

De tweede dag werd ‘s ochtends vroeg gestart na de eerste vespers. Vanaf Piazza delle Rovere volgen we de Tiber stroomafwaarts langs Via Lungara. Deze straat werd net zoals Via Giulia aan de overkant van de rivier ontworpen door Bramante. Pelgrims kenden de straat onder de naam Via Sancta omdat ze leidt naar Vaticaanstad. Net voorbij de Porta Settimiana sla je links af terug tot aan de Tiber.

Verderop steken we de Ponte Cestio over naar het Tibereilandje voor een bezoek aan de kerk S. Bartolomeo die op de plek staat waar ooit een antieke tempel stond. Heel wat zuilen in de kerk zijn afkomstig uit die tempel. Een schildering boven het altaar toont de heilige wanneer hij op het punt staat gevild te worden.

Neem Ponte Fabricio naar de andere oever en sla rechts af en meteen links af. Aan je linkerkant brengen we een bezoek aan de kerk S. Nicola in Carcere. Deze middeleeuwse kerk werd gebouwd op een plek waar in de oudheid 3 tempels stonden die later tot gevangenis werden omgebouwd. De verschillende zuilen en delen van de zijmuren in de kerk zijn afkomstig uit deze Republikeinse tempels. Verbouwd in 1599 door G. della Porta. De ruimtes onder de kerk zijn te bezoeken met gids. Op deze plaats was er in de oudheid een groentemarkt (Forum Holitorium).

Sla rechts af Via L. Petroselli tot aan de basiliek S. Maria in Cosmedin met haar fraaie romaanse klokkentoren. Ze werd gebouwd in de 7de eeuw bovenop de resten van de Ara Maxima Erculi, een hal uit de keizertijd. De kerk was toevluchtsoord voor Byzantijnse monniken die zich hier aan de Tiber vestigden. De naam “cosmedin” is Grieks voor ornament. Bij de laatste restauratie werden alle moderne en barokke elementen in het interieur verwijderd zodat ze terug haar romaanse uiterlijk kreeg. Let op de fraaie bisschopsstoel, de vrouwengalerij en de Schola Cantorum (koor).

Volg Via di S. Maria in Cosmedin langs de oever. Naast de kerk S. Vincenzo de Paoli neem je de kasseiweg heuvelopwaarts: Clivo di Rocca Savella. Sla rechts af Via di S. Sabina. Hier op de heuveltop van de Aventino liggen 4 kerken op een rij: S. Sabina, SS. Bonifacio ed Alessio, S. Maria del Priorato en S. Anselmo. Meer info in deze Romewandeling. Sla links af Via di Porta Lavernale heuvelafwaarts. Sla links af Via Marmorata.




Wandel tot aan Porta S. Paolo, één van de antieke stadspoorten die vandaag dienst doet als museum gewijd aan Via Ostiense. Je vindt er maquettes, antieke inscripties en beelden, graven en altaren; plannen en luchtfoto’s van het antieke Ostia met de havens van Claudius en Trajanus en een grote verzameling prenten en foto’s uit de geschiedenis van de weg. Vanuit de ramen heb je een mooi zicht op de piramide van Cestius en wanneer je van de ene toren naar de andere loopt, geniet je van een fraai panoramisch uitzicht. De toegang is gratis.

Neem Via Ostiense en vervolg je weg tot aan de basiliek S. Paolo fuori le mura (KERK NR. 2), één van de vier pauselijke basilieken in Rome. Hier werd een speciale mis voor de pelgrims opgedragen.

Keizer Constantijn bouwde boven het graf van de apostel Paulus een eerste kerk. Eind vierde eeuw werd de kerk vervangen door een grotere basiliek omdat ze te klein bleek voor de grote stroom pelgrims die het graf bezochten. In de vijfde eeuw was ze in omvang groter dan de toenmalige Sint-Pietersbasiliek en daarmee de grootste ter wereld. In 1823 brandde de basiliek nagenoeg helemaal af. Enkel de apsis, kloostergang en het graf van Paulus werden gevrijwaard. Vóór de kerk bevindt zich een vierkant portiek met 150 zuilen met daarin een standbeeld van Sint-Paulus gemaakt uit Carraramarmer.
De kloostertuin met prachtige zuiltjes in kleurig cosmatenwerk zijn een streling voor het oog (toegang betalend). Verder kun je hier ook lekkere koffie drinken in de bar en een aantal antieke vondsten bekijken in een klein archeologisch museum. Lees meer.
Steek Via Ostiense over en neem Via delle sette chiese. Deze eeuwenoude weg is uiteraard vernoemd naar de giro omdat ze S. Paolo verbindt met S. Sebastiano en de beroemde catacomben. Ze werd in de middeleeuwen “Via Paradisi” genoemd. Toen was dit het Romeinse platteland.

Onderweg in de wijk Garbatella passeer je een plein met een school, het kerkje S. Isidoro ed Eurosia uit 1818 dat samen met het Oratorio di S. Filippo Neri en bijhorende kerk S. Filippo Neri in Eurosia uit de jaren ’50 van vorige eeuw wordt beheerd door de Confederazione dell’oratorio di San Filippo Neri. Meer info in deze Romewandeling.

Steek de drukke Via C. Colombo over en vervolg Via delle sette chiese. Verderop aan je rechterkant zie je de ingang en de half ondergrondse kerk van de catacombe di Domitilla (toegang betalend). Hier vind je het graf van de martelaren Nereus en Achilleus. De catacombe is vernoemd naar Flavia Domitilla, een adellijke dame die zich tot het christendom bekeerde en als martelaar stierf. De kerk gewijd aan de martelaren werd bovenop de catacomben gebouwd in de 4de eeuw. Pas in de 16de eeuw werden de catacomben opnieuw ontdekt.

Vervolg je weg tot het kruispunt met Via Ardeatina. Hier zie je de ingang van de catacombe di S. Callisto die een ondergronds gebied van 30 ha beslaan (toegang betalend). Het zijn de best bewaarde catacomben van Rome. Er werden 16 pausen uit de 3de eeuw begraven. Verder vind je hier het voormalig graf van de heilige Cecilia (nu in de gelijknamige kerk in Trastevere te vinden).

Neem na je bezoek aan de catacombe Vicolo delle sette chiese die uitkomt aan de basiliek S. Sebastiano fuori le mura (KERK NR. 3), gewijd aan de heilige Sebastianus van Rome. Ook hier woonden de pelgrims een misviering bij.

De kerk werd bovenop het graf van de heilige gebouwd in de vierde eeuw onder keizer Constantijn. Op de plek waar de basiliek gebouwd werd, stond op de vloer de inscriptie ad catacumbas (bij de grotten). Het woord catacomben werd daar van afgeleid en later gebruikt voor alle ondergrondse begraafplaatsen.
Vanaf de tweede eeuw groeiden de catacombe di S. Sebastiano uit tot een enorm gangenstelsel in vier etages met in de nissen de graven van duizenden christenen. Later werden ze herbegraven in diverse kerken in en om Rome. Op dit moment liggen er geen stoffelijke resten meer in deze catacomben.

Vóór de kerk (toegang gratis) bevindt zich een eenvoudig pleintje en aan de rechterkant is de toegang tot de catacomben (toegang betalend). Bij de ingang is een triclia te zien, een antiek gebouw dat gebruikt werd door de rouwenden voor het begrafenismaal. In 1612 onderging de kerk een barokke verbouwing. De kerk bevat enkele interessante bezienswaardigheden zoals de voetsporen van Christus in marmer, één van de pijlpunten waarmee Sint Sebastianus werd doorzeefd, een stuk zuil waaraan hij was vastgebonden, een liggend beeld van de heilige van Giuseppe Giorgetti, een christusbuste van Bernini en enkele mooie zijkapellen uit de achttiende eeuw. Lees meer.
Sla links af Via Appia Antica. Op de kruising met Via Ardeatina ligt de kleine kerk Domine Quo Vadis? waar je een voetafdruk van Jezus kunt zien in een marmeren blok. De vluchtende apostel Petrus stelde hier deze vraag aan Jezus, die antwoordde dat hij naar Rome terugkeerde om opnieuw gekruisigd te worden. Petrus onderbrak zijn vlucht en keerde op zijn stappen terug. De kerk is ook gekend als de S. Maria delle Piante. De kerk dateert uit de 9de eeuw maar werd verbouwd in de 16de eeuw door kardinaal Barberini. Meer info in deze Romewandeling.

Vervolg je weg tot je aan de Aureliaanse stadsmuur uitkomt. De Porta Appia of ook Porta S. Sebastiano is sinds 1990 het stadsmuseum gewijd aan de stadsmuur. Er zijn heel wat maquettes en bouwtekeningen te zien die een goed beeld geven van hoe de muren werden geconstrueerd en hoe ze door de eeuwen heen werden gerestaureerd. Neem zeker de trap tot helemaal boven op het dakterras voor een schitterend panoramisch uitzicht over de stad en de omliggende heuvels. Je kunt ook een stukje binnen de muur lopen. De toegang is gratis.

Wandel verder tot je aan een druk verkeersknooppunt komt. Aan dit kruispunt liggen de kerk SS. Nereo e Achileo en de basiliek S. Sisto Vecchio. Sla rechts af Via Druso. Aan de volgende stadspoort (Porta Metronia) sla je links af Via della Navicella de heuvel Celio op.

Aan je linkerkant vind je de ingang van het park Villa Celimontana. Vandaag is het een rustig openbaar stadspark, ideaal voor een picknick of om even te verpozen in de schaduwrijke tuinen. Tijdens de zomermaanden kun je er genieten van een jazzconcert. De villa in het park werd gebouwd door de familie Mattei. In de zestiende eeuw was het gebruikelijk dat de pelgrims die de giro liepen, in de tuinen een snack kregen aangeboden. Aan de linkerkant is er een antieke obelisk van farao Ramses II, ooit de enige Egyptische obelisk in privébezit en geschonken aan de familie omdat ze zoveel voor Rome en haar inwoners betekende. Meer info in deze Romewandeling.

Neem Via di S. Stefano Rotondo. De gelijknamige kerk meteen aan je rechterkant werd opgericht ter ere van de eerste martelaar Stefanus. De kerk heeft een ronde vorm zoals de naam suggereert en telt twee concentrische ringen die bovenin verlicht worden door tweeëntwintig vensters. Onder deze kerk werd een Mithrasheiligdom ontdekt. Niet enkel de architectuur is verbazend, ook de schilderijen op de muren belichten op een wel heel realistische wijze de marteldood van vele heiligen: ze worden gekookt, gespietst, onthoofd, opgehangen, gevierendeeld, opengereten, geroosterd en ga zo maar door… een ware nachtmerrie. Omdat de S. Sebastinano fuori le mura te klein was om alle pelgrims op te vangen, werd voor een deel van hen de mis hier opgedragen.

Wandel de straat uit tot op Piazza di S. Giovanni in Laterano. Aan je rechterkant het kleine maar fraaie Battistero Lateranense di S. Giovanni in Fonte, de achthoekige doopkapel (gratis toegang), gebouwd in de 4de eeuw door keizer Constantijn. Buiten zie je een fries met het wapenschild van de familie Chigi. Binnen zijn er twee ruimtes die prachtig versierd zijn met verhalen over Johannes de Doper. Centraal de doopvont uit de 16de eeuw. De bronzen deuren naar het oratorium zijn uit de 12de eeuw met een mozaïek uit de 5de eeuw in de apsis.

Het enorme Palazzo del Laterano, voormalige pauselijke residentie, is te bezoeken (toegang betalend) via de tickets van het Vaticaan. Het deed later dienst als ziekenhuis, hospice, archief van de pauselijke staten en in de 19de eeuw als zetel van het Gregoriaans museum, opgericht door Gregorius XVI.

Aan je linkerkant is de ingang van het Santuario della Scala Santa. Volgens de overlevering zou Helena, moeder van keizer Constantijn, de trap uit het huis van Pilatus in Jeruzalem naar Rome gebracht hebben. Het heiligdom maakt deel uit van het Vaticaan. De pelgrims beklimmen de trap al biddend op hun knieën. Boven aangekomen kun je de kapel Sancta Santorum bezoeken, het privé-oratorium van de pausen, oorspronkelijk opgedragen aan S. Lorenzo. Er zijn fresco’s, mozaïeken en een mooie cosmatenvloer. Er worden verschillende relieken van heiligen bewaard.

Aan de zijkant van het gebouw vind je het Triclinium Leoninum, een overblijfsel van een oude feestzaal van het Lateraanse paleis gebouwd door paus Leo III naar het voorbeeld van het keizerlijk paleis in Constantinopel. Je ziet een enorm mozaïek waarop apostelen afgebeeld staan. In de voormalige zaal stond een grote rode porfieren fontein en ligbanken waar de genodigden konden genieten van hun feestmaal.

De basiliek S. Giovanni in Laterano (KERK NR. 4) is in feite de kathedraal van Rome. In 314 richtte Keizer Constantijn hier een eerste kerk op in land dat behoorde tot de familie Laterani. Gedurende 1000 jaar was dit het centrum van het christendom en residentie van de pausen.

De kerk werd voortdurend verbouwd en verfraaid door o.a. Borromini. De gevel werd pas in de 18de eeuw toegevoegd. De bronzen deuren in het portaal zijn afkomstig van de Curia (senaatsgebouw) op het Forum Romanum. Breng zeker een bezoek aan het klooster met zijn fraaie kloostergang en het museum met liturgische meubels. In de kerk is een fresco van Giotto te zien waarop paus Bonifatius VIII is afgebeeld die het Heilig jaar in 1300 inzegent (zie inleiding).
Naast de basiliek ligt de Porta Asinaria die je doorheen de tralies van de omheining moet bewonderen. De groene zone achter het monument van Franciscus van Assisi is de Giardini Viale Carlo Felice, aangelegd in 1999 om de verwilderde zone een nieuw gezicht te geven voor het jubeljaar 2000. In de 15de eeuw was hier een mooie laan met moerbeibomen en iepen die de kerken S. Giovanni en S. Croce verbond. Je hebt een spectaculair zicht op de binnenkant van de Aureliaanse stadsmuur aan je rechterkant.

Wandel het park door tot aan de basiliek S. Croce in Gerusalemme (KERK NR. 5). Ze wordt ook Eleniana of Sessoriana genoemd naar de antieke keizerlijke gebouwen op deze plek. Helena, de moeder van keizer Constantijn, resideerde er.

In de 4de eeuw werd de kerk gebouwd om de heilige relieken die Helena had meegebracht uit het Heilig Land te bewaren. In de 12de eeuw werd het klooster toegevoegd. In de 18de eeuw werd de kerk grondig verbouwd met een fraaie gevel. Er is een mooie cosmatenvloer. Onder de kerk kun je ruimtes uit de tijd van Helena bezoeken. De relieken bevinden zich in een aparte kapel bereikbaar vanuit de kerk. Aan de rechterkant van de kerk zie je een versierde poort die toegang geeft tot de kloostertuin. Deze is op aanvraag te bezoeken.
Wandel verder tot aan Porta Maggiore, nog een stadspoort uit de oudheid. Duik onder de treinsporen en neem Viale dell Scalo S. Lorenzo. Verderop aan je rechterkant ligt Verano, het grootste kerkhof van Rome (gratis toegang).

De prachtige basiliek naast het kerkhof is de S. Lorenzo fuori le mura (KERK NR. 6) gewijd aan Laurentius die in 258 stierf als martelaar nadat hij geroosterd werd. Het rooster kun je gaan bekijken in de kerk S. Lorenzo in Lucina en de oven in de kerk S. Lorenzo in Panisperna.

Keizer Constantijn bouwde in 330 een eerste kerk. Deze werd in de 6de eeuw verbouwd naast een Mariakerk uit de 5de eeuw. In 1216 werden beide gebouwen samengevoegd. De kerk werd zwaar getroffen door een bombardement van de geallieerden op 19 juli 1943. Met steun van de Amerikanen werd de kerk na de oorlog hersteld. In de hal van de sacristie naar de kloostertuin kun je een pakkende fotocollectie over de toestand van de kerk vlak na het bombardement bekijken.
In de 12de -eeuwse kloostergang (toegang gratis) vind je een bomscherf opgesteld als herinnering aan die zwarte dag. Naast de kloostergang is in de 12de eeuw een mooie klokkentoren opgetrokken. Lees meer.
Neem Via Tiburtino en volg de tram terug naar de treinsporen. Naast de tunnel onder de sporen ligt de Porta Tiburtina of Porta Lorenzo. Sla na de tunnel links af en meteen rechts af Via Bixio. Sla rechts af Via Principe Eugenio en wandel door het recent opgeknapte Piazza V. Emanuele II.

Neem Via C. Alberto tot de basiliek S. Maria Maggiore (KERK NR. 7), eindpunt van de giro waar de pelgrims het “Salve Regina” zingen. De basiliek werd gebouwd in de 5de eeuw op de plek waar Maria aan paus Liberius vroeg om voor haar een kerk te bouwen, ze zou het markeren met vers gevallen sneeuw.

In de 18de eeuw werd rond de oude basiliek een bakstenen omhulsel gebouwd. De klokkentoren is uit de 14de eeuw. De kerk heeft prachtige mozaïeken en een enorme cosmatenvloer. In de kerk zijn verschillende pausen begraven. Neem Via Cavour om metrohalte Termini te bereiken.
Ten slotte nog dit: het getal 7 is niet toevallig gekozen. Elke kerk verwijst naar een specifieke etappe uit de Goede Week:
- Het laatste avondmaal
- Meditatie in de tuin van Gethsemane
- Tocht naar en in het huis van Kajafas
- Eerste verschijning voor Pilatus
- Verschijning voor koning Herodes
- Tweede verschijning voor Pilatus
- Kruisgang naar de berg Golgotha
Vandaag kent de uitdrukking “fare il giro delle sette chiese” een eerder negatieve bijklank bij de Romeinen. Het betekent “onnodig tijd verliezen” of naar gelang de situatie ook “verwoed op zoek gaan naar iemand die naar je wil luisteren”.